Bij KattestraatKattebeek en Kabbeek van H. Claes (Oost-Brabant 1985, blz. 69-70) wil ik vooral op punt 4 antwoorden. In Tienen zijn er twee Kattestraten, een nog bestaande en een verdwenen (waarover Dewolfs in punt 4). Deze laatste, al in 1333 vermeld, ging van de hoek Leuvensestraat-Oudevestenstraat naar de huidige Kliniekstraat en verdween inderdaad eind 18de eeuw, maar niet omwille van de herstelling van de vestengordel. Ze liep verder langs de Kabbeekmuur (muur van het Kabbeekklooster), thans gedeeltelijk nog een smalle tuin van huis nr. 41 in de Leuvensestraat, en kwam dus vlak bij de Vesten. Hoe de naam verklaard moet worden, weet ik niet. Waarschijnlijk staat hij in verband met de verdwenen Katbeek (later Kabbeek), waarnaar het Hof van Kabbeek en daarna het klooster van Kabbeek is genoemd. Hierbij hoort ook de Kabbeekstraat, nu Gilainstraat.

Een deel van de verdwenen Kabbeek werd opgegraven door de archeologen M. Lodewijckx en F. Dopere (zie Acta Archeologica Lovaniensia 22, 1983, verschenen in 1985, met schetsen en het veronderstelde verloop van de Kabbeek). Als de archeologen gelijk hebben, is de Fonteingracht een restant van deze beek geweest. Deze liep achter de huizen aan de westkant van de Grote Markt (kant Rood en Wit Paard), maar is nu ook verdwenen.

De tweede Kattestraat (oudste attestatie 1753 “in het Cat Straetje”) bestaat nog: straatje van de Veemarkt naar de Kapelstraat. Naast het straatje stond het huis De Kat (zie hiervoor mijn huisnamen, die verschijnen in oktober in de Catalogus van de tentoonstelling “Tienen 1635”). Dit Kattestraatje werd zeker genoemd naar het huis De Kat. Zo ook het Kleine Kattestraatje, dat er parallel mee loopt.

Voor de attestaties verwijs ik voorlopig naar mijn steekkaarten (ca. 10.000 met toponiemen van Groot-Tienen). Thans werk ik wel aan de Toponymie van Tienen, die zal verschijnen eind 1987. Voor de Kabbeek heb ik als oudste attestatie 1321 “in cabeke”, als de assimilatie al een feit is.

Te Hoegaarden is er nog Katwinkel, dat afwisselt met Kakwinkel (1268 in cackwinkel, 1290 catwinkel: zie Hoegaardse Plaatsnamen, blz. 114). Het is een slecht stuk land in de hoek gevormd door de Rosdel (beek) en de Schoorbeek, onderaan het Lindeveld. Kat is hier, evenals kak, te verklaren als “minderwaardig”. Op dit ogenblik staat de Katwinkel vol met struikgewas, biezen enz. Het stuk is voor de landbouw volkomen waardeloos. In Hoegaarden komt ook Katspoel voor, uit ouder Katerspoel(1582 Inden caterspoel, 1670 in de katspoel).

Dr. Paul KEMPENEERS
Tienen

Verschenen in Oost-Brabant XXIII, 2 (1986), p. 55.