Eertijds heette de Spiegelstraat de Nierincstraat, zo genoemd naar de Tiense familie Nierinc of Nerinc. Bekend zijn onder meer Nicolaas Nerinc “notarius publicus” (1336) en Idenoya Nerincs “opidana thenensis” (1337), dit is burgeres van Tienen. Naar de voormalige herberg de Spiegel werd de oude benaming geleidelijk verdrongen door Spiegelstraat.
Over de eigenaars van de Spiegel heeft pastoor De Ridder uitvoerig geschreven in zijn bekende “Historiek” (Hagelands Gedenkschriften, 1928, aflevering 1-2). Door het opstellen van een “Historische Atlas van Tienen” heb ik zijn gegevens kunnen aanvullen en verbeteren. Van groot nut hierbij was zeker het in kaart brengen van het hele Tiense grondgebied. In dit korte artikel is het niet mogelijk om de hele toestand uiteen te zetten van de oudste tijden tot heden. Vandaar deze samenvatting.
Oorspronkelijk behoorde de hele noordwestzijde van de Sint-Germanuskerk (kant Spiegelstraat en Nieuwstraat) toe aan de Confraternitas Canonicorum. Deze werd op het einde der 12de eeuw het Kapittel van Sint-Germanus. Dit Kapittel verkocht de grond in verscheidene percelen, maar met behoud van sommige cijnsrechten. Een perceel heette het Erf van de Horen. Doorheen dit erf liep in 1565 een weggetje, dat later werd verbreed. Dit is de huidige Trapstraat. Aan de rechterzijde stond het Huis van Wanghe, nu bakkerij A. Holiviers. Hier tegenaan begon het Erf van de Spiegel, dat zich bijna tot tegen de Peperstraat uitstrekte.
Het Erf van de Spiegel, genoemd naar de herberg, viel al vlug in verscheidene stukken uiteen. In de 15de eeuw was het erf al gehalveerd. Maar ook de overblijvende helft werd verder verdeeld. Al in 1520 is er al sprake van de Grote en de Kleine Spiegel (kadasternummers H274, H275 en H276). De Grote Spiegel moest verder nog grond afstaan, zodat de Grote Spiegel in de volksmond de Kleine Spiegel werd genoemd. De voormalige Kleine Spiegel daarentegen vergrootte zijn domein en werd dan in de volksmond de Grote Spiegel genoemd.
De ligging in de 17de-18de eeuw is zeer duidelijk. De Kleine Spiegel (of latere Grote Spiegel) heeft het kadasternummer H274 en is nu de schoenwinkel Salamander (voorheen Flor Baes). In 1615 was de Kleine Spiegel eigendom van de Fonteinisten en werd daarom ook de Fonteinkamer genoemd. Na de grote brand van 1705 werd de Kleine Spiegel weer opgebouwd (zie datum 1707 in de gevel). Van dan af heet de herberg definitief de Grote Spiegel.
De Grote Spiegel, later verkleind tot de Kleine Spiegel, heeft het kadasternummer H275 en is nu de winkel Palatino. Voor de verkleining hoorden hier ook toe: H276b (nu Putzeys-Damlux) en H276a (nu ’t Verloren Brood).
Dr. P. Kempeneers.