Apothekers, chemisten en drogisten hadden eertijds hetzelfde beroep. Hun winkel was overal herkenbaar aan hun gapers. Zo is er in het Buitenmuseum van Enkhuizen (NL) nog een gaper bewaard. Ook Tienen kende dit uithangteken. De Gaper of Gapaard bevond zich eertijds in de kromming van Veemarkt en Hennemarkt. De naam komt al in de stadsrekeningen van de 14de eeuw voor: in het Latijn prope gappaert, iuxta gapaert, maar ook in het Nederlands vanden gapaerde. Na 1500 werd het pand gesplitst in de Grote en de Kleine Gapaard.

De Grote Gapaard komt overeen met het huis nr. 23 op de Hennemarkt (kadasternummer H 314a). Jarenlang was dit huis bekend als de hoedenwinkel ‘Bij Prosper’. Nu bevindt zich hier het Schoonheidsinstituut Esthetiek Sofie, met zonnebank en medische pedicure. De Kleine Gapaard komt overeen met het huis nr. 25, met onveranderd kadasternummer H 313. Voorheen bevond zich hier de winkel Donna Carlotta. Nu heet dit handelspand Plaza lingerie.

De Kleine Gapaard lag volgens het Cijnsboek van Oranje in de ‘Langestraat of Kalverenmarkt’ terwijl de Grote Gapaard gesitueerd werd in de Langestraat. Met de Langestraat werd hier de Hennemarkt bedoeld. Beide huizen lagen immers aan de grens tussen de huidige Veemarkt. en de Hennemarkt. Ook vormde de Gapaard de ‘paalscheiding’ tussen de parochies van Sint-Germanus en O.L.V.-ten-Poel. De Hennemarkt hoorde tot O.L.V.-ten-Poel, de Veemarkt tot Sint-Germanus. Ook de huizen nr. 46 (Dr. H. Rock, voorheen de Drie Koningen) en nr. 47 (Bloemen Holsbeeks, voorheen de Rooienburg) behoorden tot de parochie van Onze-Lieve-Vrouw. Het hoekhuis, vroeger de Rode Leeuw genoemd en nu Haute coiffure Philippe (Langestraat nr. 2), ging dan weer mee met de parochie van Sint-Germanus. De Ridder citeert over deze Paalscheiding in 1803: ‘Uyt het Kattestraetje komende, gaet men met oblique linie van het huis Nihoul inclues tot aen het huis van den apotheker van Hoebroeck ook inclues. Het huis de Rooden Leeuw en het huis van Rykelen zullen deel maken van de parochie van St. Germeyn’. Het huis Nihoul is de vroegere Rooienburg. In de laatste jaren van de 15e eeuw werd die huysinghe geheeten ende ghenaempt den gapert uitgewonnen door de kerkfabriek van Sint-Germeins, de regeerders van het Sint-Laureisgasthuis en de mombers van het ziekengasthuis. Het huis werd verhuurd. Zo lezen we in de rekening van de kerkmeesters Hendrick Smeyers en Jacob Stijls over 1516-17 in hun ontvangsten van huishuur: ontfanghen vanden huyse geheeten den gapaert, daer nuterteyt innewoent Jacob de cruynere. Een ‘cruynere’ is de verkorting van ‘cruydener’, dit is een kruidenier of handelaar in kruiden, dus een drogist of apotheker. Enkele jaren later is het huis gesplitst. Van dan of spreekt men van de Grote en Kleine Gapaard.

De Kleine Gapaard werd door de regeerders van het Oude en Nieuwe Gasthuis opnieuw ingewonnen. Maar de huizing verkeerde in eenen quaeden staet. De schuld lag volgens de rekeningen bij de timmerlieden. Het huis raakte niet verhuurd en de ontvangsten waren dus ‘nihil’. De rentmeesters merkten verder op, dat er nog een andere reden was waarom de Kleine Gapaard geen huurder vond, namelijk om tperikel vanden huyse aldernaest, geheeten den scoenen egge, want invallen wilt. De Schone Egge, die dus op invallen stond, komt nu overeen met het huis van de fotograaf, Veemarkt 45.

Dr. P. Kempeneers.