Batavia.jpgIn mijn dialectwoordenboek (Tiens en Hoegaards Idioticon, p. 173) noteerde ik een oude uitdrukking met de stad Batavia. Als ontwijkend antwoord op de vraag “Wat ga je doen”, zei men lang geleden “Poten wieden in Batavia”, dus onkruid wieden tussen de wortelen in Batavia. In het Tiens klonk de zegswijze als “poeëte wieë in Patavia”. De naam Batavia, afgeleid van de volksnaam Bataven, lijkt bij de huidige generatie onbekend. Het was eertijds de hoofdstad van Indonesië, dus het huidige Djakarta.

In 1744 vertrok een Tienenaar als soldaat naar Batavia, in die tijd gesitueerd in Oost-Indië. De jongeman heette Pieter van Geertruijden en voer met het schip “Vijver vreugd” naar het verre oosten, in dienst van de Oostindische Compagnie. Hij overleed volgens het Grootboek van Batavia’s Hospitaal op 24 maart 1747. Zo lees ik in een “oorkonde”, getekend door de bewindhebber in Middelburg op 25 april 1760. Het origineel overlijdensbericht bevindt zich in een map, in het rijksarchief van Leuven bewaard onder het nummer 23.320 van het kerkarchief van Kapellen. Daarom vermoed ik dat deze jonge soldaat van Kapellen afkomstig was. Als mijn identificatie juist is, dan gaat het over Pieter van Geertruijden die in Kapellen geboren werd op 2 mei 1717. Hij was de zoon van Petrus van Geertruijden en Anna Margareta Naegels. Bij zijn vertrek naar Batavia was hij dus 27 jaar oud. In Oost-Indië overleed hij nog geen 30 jaar oud.

Het schip Vijvervreugd was in 1742 gebouwd voor de Kamer van Zeeland op de werf te Zeeland. Het had een laadvermogen van 1150 ton. Op 23 juli 1746 ontplofte de Vijverveugd op de rede van Batavia, met 70 man aan boord. Onze Kapelse jongen moet deze ontploffing hebben overleefd. In 1748 bouwde de Kamer van Zeeland een nieuw schip, Nieuw Vijvervreugd genoemd. Het schip kende hetzelfde lot als zijn voorganger. Het ontplofte nabij de Shetland-eilanden op 9 mei 1756.

batavia-tekst.jpg

Dr. P. Kempeneers. Tienen, 19 augustus 2007.

Deze tekst is ook verschenen in het parochieblad van Glabbeek.