Namen als het Gulden Hoofd, (residentie) Rood Paard, Wit Paard of Edele Handboog (KBC-bank) zijn zeer oud. Als een uitbater stierf, bleef de huisnaam bestaan. Zo kende Tienen in de 17de eeuw meer dan 350 huisnamen. In de huidige tijd veranderen namen zeer snel. Een jonge handelaar start met een handelszaak. De zaak rendeert niet. Zijn opvolger zoekt een nieuwe naam. Zo is er een herberg op de Grote Markt van Tienen die op 10 jaar tijd 4 keer van naam is veranderd. Gaan we 75 jaar terug, dan is de ligging van sommige handelspanden nog moeilijk te achterhalen. Een goede bron is het “Officieel Inlichtingsboek omtrent de stad Thienen”, opgesteld in 1935. Op de bladzijden 62 tot 95 vinden we al de handelaars van Tienen, geklasseerd per straat en per huisnummer. Sommige nummers zijn intussen veranderd, maar met wat puzzelwerk is veel informatie te achterhalen. Neem bijvoorbeeld de Leuvensestraat op bladzijde 67. Naast het Gulden Hoofd (in 1935 Moka) vinden we de sigarenwinkel van Felix Parengh: Leuvensestraat 1. Het huis wordt thans verbouwd. Door het overlijden van André Parengh, met zijn artiestennaam Tony Corsari, kwam het huis in de belangstelling. Hiernaast, in nummer 3, woonde Gaston Paternoster, eertijds een bekende kapper. In 1700 vormden de nummers 1 en 3 de Papegaai. Verderop woonden: Alfons Mensaerts met hoeden en klakken (5), Irene Oversteyns met een boekenwinkel (7) en de fotograaf Georges Haenen (9). Lang geleden vormden 5-7-9 de Zwaan. Hoger op woonde de wapenverkoper Louis Vanherbergen (11) en verkocht Adèle Bollen suikergoed (13). Verder is de toestand grondig gewijzigd. De Pastorie stortte op een dag in! Op deze plaats kwamen nieuwe appartementen en het warenhuis de Boterbloem.

Herkenbaar aan de witte Gobertingse steen is nog de ijzerwinkel van Maurice Dotremont (nr. 47-49, nu 57), evenals de drogisterij van Louis Niclaes (55, nu 65). Aan de linkerzijde, op de hoek van de Augustijnenstraat (nu Dr. Geensstraat) en de Leuvensestraat nr. 2, stond eeuwenlang de herberg het Groot Hert. Hiertoe behoorde ook huis nummer 4. In de gevels stond lang geleden AN-16 36-NO. Nu lezen we enkel AN-16 op de gevel van het hoekhuis. In 1935 werd het Hert uitgebaat door Joseph Verbiest. De apotheek van Louis Carlier (nr. 24, nu 26) verdween niet lang geleden en werd een ijssalon. Nog herkenbaar is de vroegere houthandel van Joseph Konings (nu een garage), evenals het huis van de kinderen Casteels (70, nu 72). De zeer betrouwbare kwiktermometer van Casteels werd gered door Roger Thioulants en hangt nu aan de Express in het huidige nummer 76. In 1935 woonde hier de schoenmaker Jules Ballière onder de naam Express. Op dezelfde wijze kunnen we de ligging van de handelspanden in de andere straten achterhalen.

Het inlichtingsboek somt enkele herbergnamen op. Zo kende de Grote Markt: café Moka, café du Tribunal, café de l’Enfer, café Cosmopolite (het latere Volkshuis, ook al afgebroken), café de la Terrasse, café Central (de hoek aan het stadhuis), café Victoria (Rik Serin), café du Monico, café Wilson (later Normandy, nu een Italiaans restaurant), enz.

Dr. P. Kempeneers.

Verschenen in verkorte vorm in de Publipers op woensdag 21 september 2011.