Technische fiche
In 1599 vermoordde Loyck Vervoirt op de dag van Aarschot kermis Willem van Hove (in het kort verschenen als sprokkel 331).
In de schepengriffies van Werchter (nr. 1847, f. 203, RA Leuven) staat het “akkoord en verzoening” vermeld, afgesloten tussen de vrienden van Willem van Hove, de aflijvige, en Loyck Vervoirt. Vooreerst moest Vervoirt in het openbaar de voetval doen, barrevoets en blootshoofds, in linnen klederen “met den halme in de handt”.
Verder moest hij brood bakken op de dag van de verzoening, en nog eens op Asdag van 1601, 1602 en 1603, en het brood bezorgen aan de H. Geestmeesters om aan de armen uit te delen.
Nergens mocht Vervoirt de weduwe of de vrienden tegenkomen. Zo kon hij naar geen herberg gaan, geen feest of banket bijwonen waar de vrienden aanwezig waren. De vrienden eisten dat Vervoirt een ijzeren kruis maakte op een steen, zoals er één stond op de weg van Wakkerzeel naar Leuven.
Bovendien moest Vervoirt vermijden dat hij de vrienden en verwanten van zowel de aflijvige als van de weduwe zou kwetsen door verwijten. Een geweer mocht hij niet dragen, hetzij roer, pycke (= lans met punt), hetzij iets anders waarmee hij kon kwetsen of hinderen. Een broodmes mocht de moordenaar wel bezitten, maar hiervan moest de punt afgebroken zijn, “die linghde van twee dweersse vingeren”.
Hield hij zich niet aan de afspraken, dan kon hij gestraft worden. De verzoening was dan niet gebeurd. Kosten en lasten waren voor zijn rekening.
Al deze punten en artikelen beloofde Vervoirt na te leven. Hij legde de eed af in handen van Joos Traetssens, meier, in aanwezigheid van de schepenen Remeys Verthiers en Hendrick Gobbelyns.
Dit gebeurde op 29 november 1600. Op 2 december 1600 volgde dan publiekelijk “de zoene” door Loyck Vervoirt, in aanwezigheid van de meier Joos Traetssen en de schepenen Remeys Verthiers en Lucas de Rycke.
Op dezelfde dag gaf de meier aan de vrienden van de aflijvige het verbod om tegen Vervoirt wraak te nemen, op pene van 150 gouden realen. Dezelfde amende gold voor Loyck, als hij iets zou doen tegen de vrienden. Dit verbod gold zo lang als “moelens maelen, winden wayen ende haenen crayen”.
Tekst
Accoerdt ende zoene gemaeckt tusschen de vrinden Willems Van Hoúe afflyue ter eenre ende Loyck Vervoirt als vermoirt hebbende den voerschreuen Van Hoúe op Aerschot kermisse dagh inden jaere xv c negen ende tnegentich (= 1599).
Inden iersten sal hy Loyck Veruoirt doen den voet val beruoets bloots hooffs in zyne lyne cleederen met den halme in de handt.
Item sal deselue Loyck doen backen ende gereet hebben opden dach vander zoeninge een veerdele broots.
Item noch eene veerde op Asschdag xvj c (= 1600) ende eene naestcoemende ende van gelijcken noch op de Asschdaegen xvj c twee ende drye telcker reysen dbroot van een veertele rogx gebacken ende die leueren in handen vande heylige geestmeesteren om voerden aermen gedistribueert te wordden.
Item sal die voerschreuen Veruoirt ierst ende voer alle moeten schouwen ende mijden die weduwe vanden afflyúigen ende die vrinden soo wel van der weduwe als vanden afflyúigen zyden bestaende ende dat in alle plaetssen & passaigien daert te passe souden moegen coemen ende sal hy altyts ter neder zyden moeten affwycken ?(soo verre hem doenelycken zij)? ende vuyt den oogen gaen.
Item en sal die voerschreuen Veruoirt in egeene feesten, bancquetten, herbergen oft gelaegen moegen coemen, daer eenige vanden voerschreuen vrienden zyn, ende oft quaeme ofte geviele dat hy daer beuonden wordde sal terstondts moeten vertrecken, ende daer ouer een quartier vander uren niet moegen blyffúen.
Item gemerckt de meyninge ende intentie vanden vrinden was, dat hy Veruoirt soude hebben doen maecken een yseren cruys in sulcker hoochden lingde dickte ende soo hooge verheuen in eenen steen gelyck daer een is staende opden wech van Wackerzeel naer Loeuen te gaene, ende hy Veruoirt heeft doen maecken een ander op een andere maniere, zyn de vrinden daer mede te vreden per salvo dat het by meesters sal wordden gevisenteert ende geschat, ende wat het min sal beuonden wordden weerdich te zyne dan het cruys als bouen gestaen opde wackerzeelsche baene sal het min opden Asschdach naestcoemende den aermen om goidswille gegeuen ende gedistribueert wordden metten broode byde heyligegeest meesteren, maer begeren de vrinden dat dit cruys sal verheúen wordden in eenen steen in vuegen ende manieren, gelyck het cruys opden wech voerschreuen is staende, hem Veruoirt van tzelúe alsoo te doene, gemende? dach van veerthien daegen naer de zoeninge, ende tzelffue alsoo verheuen zynde te setten op het graff vanden afflyúigen.
Item en sal die voerschreuen Veruoirt de vrienden, maegen ende hen bestaende soo wel vander zijden vanden afflyúigen als vander weduwe, met woerden wercken noch in eeniger manieren niet moegen creyten ofte quellen, tzij achter rugge ofte voer oogen, moegen verwijten ofte eenige blamatie molestatie ofte quellingen den vrienden aen doene, daer hy deselúe mede soude moegen bedroeffuen.
Item en sal hy Veruoirt niet moegen draegen eenich geweer tzy roer, pycke, zy geweer oft iet daermen iemanden mede soude moegen quetsen hinderen ofte letten ende voir soo vele een broot mes aen gaet sal hy een moegen hebben per saluo dat den poinct affgebroecken sal zyn, die lingde van twee dweersse vingeren ende als die gemeynte opden vyant sal moeten vuytloopen wordt hem tougelaeten een pycke te moegen draegen.
Item sal die voerschreuen Veruoirt alle dese poincten strictelycken ende onverbreeckelycken moeten onderhouden op pene jndyen contrarien wordt beuonden, dat hy Veruoirt daer voeren sal gestraft wordden ende de zaecke gehouden wordden oft er egeene zoeninge en waere gebuert.
Item alle costen lasten tot noch toe geschiet ende noch te geschieden sal hy Veruoirt alleene moeten draegen ende betaelen.
Item sal hy Veruoirt voer allen het gene voerschreuen es, moeten stellen cautie ende borge van daeren jegens niet te commen ofte doene in eeniger manieren.
Alle dese poincten ende articulen heeft die voerschreuen Veruoirt beloeft ende beloeft midts desen die te onderhouden ende volbrengen in alder manieren gelyck voerschreuen is, ende hem doenelyck wesende, ende dyen volgende heeft den behoirlycken Eedt gedaen in handen Joos Traetssens meyere, ter presentien Remeys Verthiers ende Hendrick Gobbelyns scepenen, opden xxix nouembris xvj c (= 29 nov. 1600).
Op heden den tweeden decembris anno xvj c is den zoene gedaen by Loyck Veruoirt publyckelycken ende in presentie van alder werelt, ende die conditien voerschreuen … present Joos Traetssen meyer, Remeys Verthiers ende Lucas de Rycke scepenen.
Item opden seluen dach ende ter presentien vande scepenen voerschreuen heeft de meyere verboth gedaen, dat niemandt vanden vrinden des afflyúigen vraecke ouer desen Veruoirt alsnu gesoint hebbende nemen en sal, alsoo lange als moelens maelen, winden wayen ende haenen crayen, op een pene van hondert vyfftich goude realen, ende jndyen hy Veruoirt oyck iet doe jegens de vrinden, sal vallen inde selue amende ende daer toe gecorrigeert te worden oft de zoene niet en waere gebuert.