De legger bij de kaarten van P.C. Popp vertelt ons dat de pastorie en de kerk dikwijls eigendom zijn van de gemeente. Op veel plaatsen zorgt dit voor heel wat problemen.
In Onze-Lieve-Vrouw-Tielt bv. verkeert de pastorie aan de Sint-Annastraat in slechte staat. Al 10 jaar lang woedt er een discussie over wie de eigenaar is: de kerkfabriek of de gemeente. Intussen zorgt de natuur voor verder verval. Door het KB van 15 oktober 1974 werd de pastorie een waardevol monument, maar op 25 februari 2015 liet de burgemeester optekenen dat het gebouw onbewoonbaar was.
In 1772 begon pastoor Lambertus Backx een nieuw rekeningboek, bewaard in het Rijksarchief in Leuven (nr. 3959). Het boek telt 69 nummers. In nummer 18 vernemen we dat de pastorie in 1765 werd gebouwd. De opvolger vond het gebouw 7 jaar later “praeter propter in staet”. Toch was de omgeving verre van goed onderhouden. Er waren 2 bruggen: één voor en één aan de boomgaard, “beijde heel slecht”. De pastoor liet de bruggen opvullen met aarde. De abdij van Sint-Geertrui betaalde de kosten. Op “den Bascour” stond een oude stal met een oud bakhuis, “beijde seer slecht en leelijck afsteeckende tegen het huijs”. Met toestemming van de prelaat brak de pastoor de gebouwen af. Bovendien vulde hij de grond op met ongeveer 400 karren aarde. Ook hagen en wegen werden behandeld. Het resultaat was “eenen schoonen hof, daer het te voren als een wildernis was”. Het kostte de pastoor wel 100 guldens. Het opkuisen van de graven rondom de pastorie kostte nog eens 5 pistolen.
Precies 250 jaar later zouden onze beleidsmensen eens moeten nadenken, hoe ze ons erfgoed met goede wetgeving beter kunnen beschermen.
Dr. P. Kempeneers.