In de inventaris van de Oude Universiteit Leuven vinden we onder nummer 3743 een zwaar boek van het Baycollege met als titel “Registrum fundorum”, vernieuwd in 1657. Hierin staan honderden percelen land, weide en bos van het Baiuscollege afgebeeld, gelegen in Leuven en de verre omgeving. In Tielt-Winge bezat het college gronden op 2 plaatsen.

Het boek vermeldt de “Index villae op de Rest” (folio 237 verso) en de “Index fundorum villae Cuckebosch” (folio 270). Samen gaat het om de 2 pachthoven: één op de Rest en één in de wijk Kiekebos, met meer dan 70 percelen. Bij elk perceel vernemen we niet enkel de ligging met de reengenoten (in het Latijn adiacentia), maar ook de vroegere eigenaars van wie De Bay de gronden had verworven. Op deze wijze vertelt het boek ons een hele geschiedenis over de inwoners van Tielt in de 17de eeuw.

Perceel 27 van De Bay grensde aan de Holstraat aan de oostzijde en aan de zuidzijde aan Jan de Grove “als getrout hebbende de dochter van Aert Jeughtmans den ouden” (f. 260). Vier bunders op de Dries kocht De Bay in 1628 van Henrick de Haen.

Eik

Belangrijk waren ook de eikenbomen. In het Latijn lezen we bij pand 10: “in hac parte sunt 70 quercus notabiles”. Gewone bomen kregen op de kaarten zelfs een ander teken dan de eiken.

Interessant is natuurlijk de plaats waar het pachthof De Bay of de “Villa op de Rest” stond (f. 239). Het hof meer dan 6 bunders groot grensde aan de zuidkant aan “de gemeijn rest” en aan de westzijde aan de “Galgebergstraet oft Vekemansstraet”, wat overeenkomt met weg 30 in de Atlas der Buurtwegen. In 1670 woonde Jan Godthuys “opt paghthoff Collegie du Baij op de rest”.

Dr. P. Kempeneers.

Verschenen in de Publipers op woensdag 19 augustus 2015.