Een voorde of voort is zoals bekend een doorwaadbare plaats in een beek. Denk aan Vilvoorde, in 779 al geattesteerd als Filfurdo. Sommige geleerden denken voor het eerste lid aan een Keltische waternaam Filo. Te ver gezocht. Filo is gewoon een persoonsnaam zoals in Bekkevoort en Pippensvoort. Vilvoorde betekent de voorde van een vroegere eigenaar Filo. Deze naam is bewaard in het eerste lid van de Zwitserse gemeentenamen Villigen en Villnachern.

De oudste attestatie van Bekkevoort is een Franstalige vorm uit 1092 Baccunuuez (uu = w), in het Nederlands van 1140 Beckenvort. Dit betekent: de doorwaadbare plaats van Bakkin. De Romaanse vorm gaat terug op Baccon waid, waarin waid een romanisering is van Germaans *wadja “wad, doorwaadbare plaats”.

Amateurs zoeken in Bunsbeek in Pippensvoort naar het fort of kasteel van Pepijn uit Landen. Eertijds was Pippijn een populaire voornaam. Pippensvoort is de voorde in de Velp aan de oude weg naar Diest, zo genoemd naar een eigenaar Pippijn.

Ooievaar

In Wommersom werd de Oedensvoorde aan de Oude Gete vervormd tot de Ooievaar! Ik geef eerst enkele oude vormen: 1310 de stat di men heet hodensvoerden, 1351 op de oedensuorde (u = v), op odens vorde, 1413 op die oedens voert, 1455 die joedensvoirtstrate, 1490 op de oydenvoortop de oedensvort. De Oedensvoort werd de naam van een beemd aan de Oplinterstraat met kadasternummer A 101bis, genoemd naar de voorde aldaar. Oedens is een persoonsnaam met het Germaanse element ôd “erfbezit, rijkdom”.

Later werd de niet meer begrepen weidenaam volksetymologisch gewijzigd in Ooievaar: 24 oktober 1667 op den bempt genoempt den Oijenùaer, 1705 (5 dagmalen beemd) genoemt den oyevaer.

Verschenen in de Streekkrant op 14 december 2016.