Aan de linkerzijde van de Veldbornstraat, richting Lintersepoort, bevond zich eertijds de Kromme Elleboog. In de Tiense literatuur is dit huis onbekend. Dit pand lag tussen de Gaze en de boomgaard van de Grauwzusters (later van de Cellebroers). Het gebouw zelf grensde aan de boomgaard, op de plaats waar zich nu een huis van Hestia bevindt. Het bestond uit een klein huis aan de straatkant en een bijlvormig gebouw daarachter. Vandaar wellicht de naam den Crommen Ellenboghe (1765). Verder vonden we hier nog twee tuinen en een grote schuur aan de straatkant.

In 1765 was het pand eigendom van Joannes Andreas Van Erps, licentiaat in de medicijnen. Deze verkocht het geheel op 6 april 1765 aan Jacobus Van Herberghen en zijn vrouw Maria Josepha Van Nerim. Rond 1796 is de Kromme Elleboog verdeeld. Het gebouw met het klein huis is dan eigendom van Albert Villers, een voerman. In 1826 is François Struyven de eigenaar. Rond 1829 is de Kromme Elleboog in het bezit van Joannes Ludovicus Immens (de Jonge). Na zijn dood ging het pand over naar de smid Henri Vanaudenaeren (1860). De rest van het pand bleef in het bezit van de familie Vanherbergen tot na 1837.

Joannes Ludovicus Immens, die rond 1829 de eigenaar was van de Kromme Elleboog, had nog meer eigendommen. Niet alleen in Tienen, maar ook in Sint-Jans-Geest, Sint-Remigius-Geest, Oplinter, Sint-Margriet-Houtem, Sint-Pieters-Vissenaken, Kumtich, Goetsenhoven, Oorbeek, Bunsbeek en Wommersom. Om zijn inkomsten op te tekenen legde hij een “Manuael” aan, dat in het Toreke bewaard wordt onder het nummer 0 of nul.

Immens woonde in de Veldbornstraat schuin tegenover de Kromme Elleboog. Dit pand heeft in 1830 het kadasternummer H 232. Het huis was toen 3 a 70 ca groot. De bijbehorende tuin had een oppervlakte van 8 a 90 ca. In 1766 was het pand eigendom van notaris De Middel. Deze verkocht op 31 oktober 1766 het huis met de tuin aan Joannes Ludovicus Immens, wellicht de grootvader van de gelijknamige kleinzoon met het Manuael. Grootvader Immens werd in Tienen gedoopt op 1 februari 1722, als zoon van Johannes Hubertus Immens en Hedwig Goossens. Op 20 maart 1751 trouwde hij met Helena Catharina Vandermonden. Immens (de Oude) was dus 44 jaar toen hij het huis in de Veldbornstraat verwierf. Over Immens (de Jonge) heb ik nog geen gegevens gevonden. Wel komt hij als eigenaar voor in de eerste helft van de 19de eeuw. In 1860 is het huis overgegaan naar Louis Crampen met zijn broers en zusters.

Na de oorlog woonde hier Jean Ferdinand de Neef, gouverneur van Brabant. Hij verkocht het huis aan Jozef Louis Emmanuel Mombaers en zijn echtgenote Irena Maria Victorina Donvil op 5 september 1969. Na het overlijden van Jozef Mombaers op 13 april 1986 werd zijn echtgenote de eigenares van het goed. Zij schonk het huis bij leven aan haar zes kinderen. Brandaan, de zoon van Jos Mombaers, bracht het huis in de belangstelling wegens de oude Ginkgo biloba of Japanse noteboom in de tuin. Deze Ginkgo, met een stamomtrek van 4,36 m, is de tweede dikste van België. De eerste Ginkgo bereikte Europa in 1754, dit is 240 jaar geleden. Waarschijnlijk werd de Ginkgo van Brandaan geplant door de familie Immens na 1766. Hij is dan meer dan 200 jaar oud.

Dr. P. Kempeneers.