Om de huizen aan de kant van Van Roy op de Veemarkt te beschrijven, heb ik menig archiefstuk gelezen. Herhaaldelijk klopte mijn materiaal niet. In de eerste plaats zijn er de artikels van vroegere historici. Meestal is de lokalisering van huizen in deze artikels volledig onbetrouwbaar. Als Jan Wauters bv. de Korenbloem met zekerheid bij de weduwe Truyens situeert, zet hij ons voor lange tijd op het verkeerde been. Zelfs de stadssecretaris, J.L. de Wouters is dikwijls verkeerd, als hij rond 1785 aanwijzingen in het cijnsboek bijschrijft. De Wouters stond nochtans op het einde van de 18de eeuw nog veel dichter bij een tijd waarin veel huisnamen nog bekend moesten zijn.
Soms ontstaat de verwarring door het voorkomen van dubbele huisnamen. Ik vermeldde al de Drie Koningen, een naam die op de Veemarkt twee keer voorkomt. Tienen kende ook 3 Mortiers, 2 Wildemannen, en verscheidene Keizers en Kronen.
In het pand G 686, Veemarkt 30, bevindt zich in 1997 de rijschool De Gete. Dit huis heette al in 1477 de Engel. Dit huis mag niet verward worden met de gelijknamige naam in de Grote Bergstraat (nr. 4).
De oudst bekende eigenaar van de Engel op de Veemarkt rond 1370 was Wouter vanden Cloostere, die ook de Kleine Lombaard bezat. Wouter betaalde één denier de loba ante mansionem sicut mansio sua se extendit. In 1477 is deze formule aangevuld: de loba ante mansionem suam dictam angelus sicut mansio sua se extendit. En in 1500 heet het: van eender loeben staende voir haer huys geheeten den Jngel. Als opeenvolgende eigenaars van de Engel vond ik: Jan vanden Cloostere (Johannes de claustro), Henrick van Tielt, Reyner Pluegers of Pluegere (1477-1500) en Mabilie van Tielt.
In de 16de eeuw waren de eigenaars van het huis geheeten den Jnghel: Marie Huybrechts, Geerdt vanden Elzenputte (circa 1560), meester Goossen vanden Elzenputte en Thomaes Windelincx. In 1616 is Baudewyn Pas de eigenaar van de Engel. Na deze komen de erfgenamen van Jacob vanden Elseputte, Leonaert Cornelis by successie en sieur N. de Lauw bij transpoort tegens Frederick vanden Berge. Al die tijd heette dit huis de Engel. Bij de volkstelling van 1694 komt Guilliam Vreysens voor. In het cijnsboek van 1735 heet hij in het Frans Guillaume Vrijsens met zijn huis L’ange pres du marché.
In het stadscijnsboek stipt de stadssecretaris J.L. Wouters circa 1785 aan: “den engel, hennus nu Boesmans”. In dit geval is de secretaris juist. Inderdaad komt in 1745 de weduwe van Martinus Hennus voor, opgevolgd door Jacob Hennus en in 1796-1800 door de handelaarster en weduwe Boesmans. Na 1800 is de Engel eigendom van de metselaar Jean Peeters en in 1860 van Jean Martin Peeters, eveneens een metselaar.
Dr. P. Kempeneers.