Mijn moeder, Joanna Mattens, werd in 1912 geboren in Orsmaal-Gussenhoven tijdens de ramp met de Titanic. Als kind zong ze bij het touwtjespringen een rijmpje met de namen van enkele dorpen: Winden, Wange, Laar, Overhespen, Orsmaal. Dialectisch klonk dit vlug gezongen liedje: Wing, Wang, Loër (pauze), Euiverhespen, Ossemoël. Ik weet niet of iemand dit springliedje nog kent.
De oude vormen van Wange zijn: 1131 UUanga (UU is te lezen als W), 1280 iacobus de wange. De naam is niet meteen duidelijk. Met pater Claes denk ik dat Wange kan betekenen een “golvend terrein”. Herbillon geeft met Wange een oudere vorm uit 742, maar vermeldt tussen twee haakjes “identification douteuse”. Hij verklaart de dorpsnaam als “champ, prairie”, steunend op Mansion en Carnoy.
Laar komt in de toponymie overvloedig voor. Over dit woord is dus ook ontzettend veel geschreven. Laar, opklimmend tot hlari (met een lange a), is verwant met Latijn clarus. Hiervan is in de Middeleeuwen ons woord klaar afgeleid. In oude plaatsnamen echter ontwikkelden zich de beginklanken kl- tot hl- (lees: chl-). Na het verdwijnen van de h bleef dus Laar over. Het schijnt overal een open plek in het bos te zijn geweest. Bij uitbreiding is het dorp Laar, met als oudste vorm uit 1065 Lare, een open plek waar het geschikt was om te wonen.
Voor Neer- of Overwinden geeft Gysseling als oudste vorm: 976 UUinethe(UU = W). Met deze vorm is het niet uit te maken of Neerwinden of Overwinden werd bedoeld. Misschien waren het gewoon de twee dorpen samen. In de beide Winden schuilt een weidenaam. De grondvorm is Germaans winjo “weide”. Dit weidewoord werd uitgebreid met een verzamelsuffix, te vergelijken met het achtervoegsel -te in woorden als gebergte, geboomte, gebladerte. Dit verzamelsuffix was -ithja. Winden betekent dus een “verzameling van weiden”.
Om beide dorpskernen te onderscheiden gebruikten onze voorouders de voorzetsems Op of Over tegenover Neer. Iedereen kent zo de tegenstelling Opvelp/Neervelp, of Oplinter en Neerlinter, naast Neerhespen en Overhespen. Op deze wijze is ook Neerlanden ontstaan. Dit dorp stond dan tegenover Oplanden, dit is de huidige stad Landen. Ik vond de naam Neerlanden een eerste maal in 1166 als Nederlanden. Oplanden is zeldzamer en hield geen stand. Oude vormen van Oplanden zijn: ca. 1312 apud oplanden, 1390 salamon de landenen superiori, 1433 oplanden. De naam Landen is meer dan 35 eeuwen oud. Ik geef de nieuwe verklaring van Landen in een latere sprokkel.
Een toemaatje. In gedrukte teksten over Landen kom ik de benaming Borglanden tegen. Deze naam zou wijzen naar het versterkte Landen dat rond 1200 werd gesticht. Dit is onjuist. De naam Borg komt wel voor in het Sint-Gitterdal en slaat hier op een omheinde plaats. Hier komen derhalve namen voor als Borgboomgaard, Borghof en Borggracht. De foutieve benaming Borglanden ontstond door een verkeerde lezing van Lemkens. In zijn doctoraatsthesis uit 1929 citeert hij uit 1450: een straetken gelegen bij borchlant. Ik controleerde het citaat in het betreffende cijnsboek en vond het volgende. Henrick Volc betaalde aan de hertog een cijns voor een straatje bijt vors. lant, dit is “bij het voorschreven land”, dus het land dat boven het citaat wordt vermeld. Dit “voorschreven land” lag bovendien op de Steenberg, dus niet in Sint-Geertruiden. Lemkens zag vors. niet als een afkorting en las de tekst als Borgland. Andere schrijvers fantaseerden dan verder met dit onbestaande toponiem.
Dr. P. Kempeneers.