Een verdwenen naam is Berchem, eertijds een gehucht gelegen buiten de Landense stadsmuren aan de Berchemstraat, nu Overwindenstraat genoemd. In 1429 bezat Peter Clickart een hof opt bercheem, grenzend aan Goort Teytens en Joes Wouters. De naam is zeker ouder, vermits in 1418 Ghysbertus Zenps aan de Sint-Lambrechtskathedraal van Luik cijnsplichtig was voor een perceel, gelegen niet ver van de berghemstrate.

Berchem is een veel voorkomend toponiem, gevormd uit Germaans berga“berg” + haima “woning”. Zie de talrijke Berchem-namen in het Toponymisch Woordenboek van Gysseling (blz. 122). In Landen lag het gehucht Berchem aan de uitloper van de Roostberg.

Bijna volledig verlaten is de plaats die heden Sint-Gitter wordt genoemd. Na de stichting van het bolwerk Landen rond 1200 werd de oude nederzetting in het Sint-Gitterdal de “oude plaats” genoemd. In het Middelnederlands heet het rond 1370 auderstat en in 1429 ter ouder stadt. De primaire betekenis van stadt was: plaats in de ruimste betekenis. Dit blijkt trouwens uit de Latijnse vertaling “vetus locus”, zoals circa 1370 retro veterem locum of bij de aanduiding van de kerk in 1390 ecclesia de veteri loco.

Deze oude plaats kende een schaarse bewoning. Volgens Wauters (1913) waren er in de 15de eeuw slechts 6 à 7 huizen. Toen landmeter Guillam Sibil de gronden van de Parkabdij in 1656 moest opmeten, tekende hij naast de kerk nog een 9-tal woningen. Het is trouwens het enige oude panoramisch zicht dat we van Landen hebben. Zie het Kaartenboek, opgesteld op vraag van abt De Pape in de Parkabdij van Heverlee (1665, f. 103). In 1833 was het aantal woningen verminderd tot twee. Toen stond aan de noordzijde op A 550 de boerderij van Michel Horevoerts (= nu de hoeve van Cats) en aan de zuidzijde van Sint-Gitter, op B 585, de boerderij van de weduwe Andrien Kempeneers. Deze plaats is nu ingenomen door een depot van het leger.

Ook “Oud Landen” komt voor. De benaming staat tegenover het nieuwe Landen, dat meestal gewoon “Landen” heet. Zo spreekt Jan van Boendale in 1318 in zijn Brabantse Yeesten (I, 11) over het Oude Landen. Verder vond ik in het Latijn “vetus Landen”, zoals op 1 aug. 1367: bellinus dictus causen … de veteri landen. Andere vermeldingen zijn: in het Frans circa 1370 lambier de vieiz landres en nog in 1433 in het Nederlands ten ouden landenen.

De oude kern was ook bekend als Sint-Geertruiden wegens de oude kerk aldaar: 1390 prope sanctam gertrudem, 1405 by sinte gertruden, 1418 iuxta viam qua itur de landen uersus villam sancte gertrudis (= nabij de weg langswaar men gaat van Landen naar de stad Sint-Geertruiden).

Toch werd een onderscheid gemaakt tussen Sint-Geertruiden en de oude plaats, zoals in 1654 achter ste geertruyden ter ouder stadt en duidelijker in 1656 tuschen der auderstadt ende sinte geertruijt. Uiteindelijk werd Sint-Geertruiden de naam van het hele gehucht: 1847 Hameau de Sainte Gertrude (Atlas der Buurtwegen), in de volksmond Sint-Gitter. Hier bevindt zich een interessant museum met de grondvesten van de kerk. Een toeristische aanrader.

Dr. P. Kempeneers.

Verschenen in Publipers, 1999-2000. Ook in: OLE nr. 57 (1 juni 2000), blz. 4-17.