Mijn moeder Joanna Maria Mattens werd op 21 april 1912 geboren in Orsmaal-Gussenhoven. Ze overleed in Tienen op 31 januari 1977. Ik wil haar deze sprokkel over Gussenhoven opdragen.

De naam Gussenhoven is verwant met Goetsenhoven bij Tienen, met de Romaanse tegenhanger Gossoncourt. Namen op hoven behoren tot een wat jongere laag nederzettingsnamen. Ze ontstonden tussen 600 en 700 na Christus. Het type bestaat uit een persoonsnaam in de (Romaanse) genitief enkelvoud + accusatief curtem, met de betekenis “hof, boerderij” van de genoemde persoon. In navolging hiervan ontstond het type: persoonsnaam in de Germaanse genitief enkelvoud + hofum. Hofum is de datief meervoud van hofa. Hofum, later verdoffend tot hoven, betekent: hovingen of boerderij van de genoemde persoon.

Zo is Goetsenhoven te reconstrueren als Germaans Goditsan hofum (datief meervoud): boerderij van Goditso. Gysseling verklaart Gussenhoven met een miniem verschil uit Godtson hofum, met de betekenis: boerderij van G_dtso. De eerste hereboer van Gussenhoven luisterde dus naar de naam Godtso. Over deze eerste Frankische hereboer weten we niets. Zijn naam leeft enkel voort in het toponiem Gussenhoven. Hij moet geleefd hebben ergens in de 7de eeuw.

De naam Gussenhoven verschilt van Goetsenhoven op twee punten: 1° de klinker u tegenover oe in het grondwoord. 2° assimilatie van ts in Gussenhoven, tegenover behoud van de cluster in Goetsenhoven. De oudst overgeleverde vorm van Goetsenhoven bij Tienen luidt in 1129 Gochenhoue. Verder bezitten we twee vormen die zijn overgeleverd in een cartularium van Sint-Trudo uit 1139. Dit cartularium is bewaard in het Rijksarchief in Hasselt. Op folio 43 en 137 worden de kerken uit de dekenij van Zoutleeuw opgesomd. De vormen van Gussenhoven en Goetsenhoven zijn nagenoeg dezelfde, vb. op folio 137: Gochonhouen tegenover Gochenhouen. Let wel: u moet je lezen als v.

De opsomming van de kerken gebeurt in tamelijk willekeurige volgorde, zodat we niet met zekerheid weten of de eerste vorm slaat op Gussenhoven, dan wel op Goetsenhoven. (Meer vormen van Goetsenhoven vindt de lezer in mijn Toponymie van Goetsenhoven, uitgegeven in 2002 en verkrijgbaar in de Info op de Grote Markt). Voor Gussenhoven geeft Gysseling slechts de 2 vormen uit Sint-Trudo. De scribenten hadden blijkbaar moeite met de weergave van de cluster ts, die ze in de oudst overgeleverde teksten aanduiden met ch. Een eerste keer vond ik ts in 1262 als Goetschenhouen (u = v). De grafie ts wordt talrijker vanaf de 14de eeuw. Het onderscheid tussen Gussenhoven en Goetsenhoven is dan duidelijk. Zo lezen we in het boek van de Tiense Armentafel in 1340 Apud ghuessnouen (= Gussenhoven), tegenover apud ghoetssen-houen (= Goetsenhoven).

Latere vormen van Gussenhoven met de bewijsplaatsen som ik hier niet op. De geïnteresseeerde lezer kan mijn teksten nalezen in mijn Toponymie van Orsmaal-Gussenhoven en Melkwezer, die verschijnt in de loop van 2004.

Dr. P. Kempeneers.