Technische fiche

In het Leuvense Rijksarchief bevindt zich in het fonds van het Bogaardenklooster van Aarschot (Kerkarchief van Vlaams-Brabant, nr. 11.399) het testament van chirurgijn Peeter Danckaers. Hij stelde het op, “ziek zijnde”, op 3 januari 1692. Peeter was een welgestelde jongman die bij zijn overlijden nogal wat goederen kon nalaten. De namen die in het testament voorkomen, zijn een interessante bron voor de genealogie van de familie Danckaers en Struyvens in Aarschot. Het bewuste testament is ook een schoolvoorbeeld van duizenden gelijkaardige testamenten.
Een testament bestaat uit 4 delen: 1) de testateur is ziek, maar nog goed bij zijn verstand; 2) beschouwing over de zekerheid van de dood; 3) maatregelen voor de lafenis van de ziel; 4) verdeling van de materiële goederen na de dood van de testateur. In het geval van de chirurgijn komt er nog een maatregel bij voor de afhandeling van een proces.
Gemakshalve heb ik de u die als v gelezen wordt, zoals in het handschrift, aangeduid met het teken ú. Leúen is dus te lezen als “leven”.

Chirurgijn Danckaers

ChirurgynPeeter Danckaers woonde in de Neerstraat, dit is de huidige Theo De Beckerstraat. Zijn huis, genoemd De Donderbus, komt overeen met nr. 12 (kadasternummer H 715, met de uitgang op H 713 langs de J. Tielemansstraat). Thans hoort hierbij het nummer H 714, dit is de hoek met huisnummer 14. De nummers 12 en 14 vormen nu samen de Standaard Boekhandel op de hoek van de Theo De Beckerstraat en de J. Tielemansstraat.
Dank zij de digitaal opgeslagen gegevens van genealoog Paul Peeters kwam ik nog meer over de chirurgijn en zijn familie te weten. Peeters doorzoekt systematisch schepengriffies en notarisakten, en bewaart hiervan afschriften op zijn pc. Peeter Danckaers alias d’Ancre overleed in zijn huis in Aarschot op 19 januari 1692 rond de middag. Hij was de zoon van Gijsbrecht Danckaers alias d’Ancre en Joanna van Cantelbeeck. In 1690 was Peeter schepen in Aarschot. Hij bleef ongehuwd, maar zou een relatie hebben gehad met Cornelia van Ysschot uit Aarschot, dochter van Augustijn en Barbara de Ridder. Deze Cornelia was driemaal gehuwd en wou voor de vierde maal een huwelijk aangaan met chirurgijn Peeter Danckaers. Deze weigerde. Op zijn sterfbed hield Peeter vol, dat hij geen enkel vleeschelijck contact met haar had gehad en dat hij met haar niet wilde trouwen. Toch ging hierover het proces dat Cornelia was begonnen voor het Geestelijk Hof in Mechelen. Blijkbaar haalde zij daar geen gelijk. Volgens verklaringen van getuigen, voor notaris Joannes van Cantelbeeck, noemde zij de officiaal den grootsten schelm ende fiel, evenals de griffier, oock alsoo grooten fiel ende eenen falsaris die de woorden van de getuigen verdraaid zou hebben. Daarom wenste zij de zusters van de officiaal een bevruchting toe met twee bastaard kinderen, om te zien of de officiaal daarover ook valse verklaringen zou afleggen.
De chirurgijn bleek anders ook een levenslustige man te zijn geweest. Wat hij in de herbergen over Cornelia vertelde, was maar om mede te spotten oft lachen, ofte wel vuyt dronckenschap. Op 24 augustus 1692 moest Robert Cranen, schepen en herbergier in Aarschot in de afspanning De Kraan, komen getuigen. Zo een 9 a 10 maanden geleden zaten Peeter Danckaers en een zekere N. Blondeau, een officiaal of schrijver uit Mechelen, in zijn herberg te drinken. Ze hadden samen eenige discoursen int latijn. De herbergier verstond wel geen Latijn, maar kon zien dat beiden dronken waren.
Hoe oud Peeter Danckaers werd, weten we niet. Paul Peeters vermoedt dat hij geboren werd rond 1640-1645. Vermits Peeter in 1692 stierf, was hij hooguit 52 jaar.

De Erfenis

Bij zijn dood was Peeter Danckaers een bemiddeld man. Hij wenste begraven te worden naast zijn moeder in de O.L.Vrouwkerk van Aarschot. Op de dag van zijn begrafenis moest er een plechtige mis worden opgedragen die hem paste. Daarna mochten de paters Bogaarden 100 missen van requiem lezen. Voor iedere mis voorzag de chirurgijn 6 stuivers. Verder schonk hij aan de paters 400 gulden in één keer voor het opdragen van 40 missen per jaar, en dit ten eeuwigen dage. Om de uitgaven te bekostigen, moesten de 400 gulden belegd worden, zodat ze voldoende interesten opbrachten. De chirurgijn handelde als een gedreven bankier.
Peeter had een broer, Jan Danckaers de jonge, eveneens chirurgijn en barbier. Deze was getrouwd met Anna vanden Broeck. Na de vroege dood van Jan hertrouwde Anna met Jan Ooms. Aan de kinderen van zijn overleden broer schonk de testateur 25 gulden. Dit geld moest dienen voor het kopen van kledingstukken.
De zuster van Peeter, Anna Danckaers, was gehuwd met Herman Struyvens de jonge uit Heist-op-den-Berg, eveneens een chirurgijn. Het echtpaar had 8 kinderen. De oudste was Elisabeth Struyvens. Ze was gedoopt op 14 april 1668 en was dus bij het overlijden van Peeter Danckaers 24 jaar oud. Zij erfde het huis in de Neerstraat. Een tweede kind, Jan Struyven, was 8 jaar oud. Hij werd gedoopt op 13 april 1682. Deze Jan was voorbestemd om chirurgijn te worden. Hij kreeg alle Latijnse boeken over chirurgie en het Cruydt-Boeck van Dodoens, als hij ten minste chirurgijn werd. In afwachting moest zijn moeder de kosten betalen tot de jongen de hele humaniora had afgewerkt. Jans moeder, Anna Danckaers, kreeg al de rest van Peeters goederen en renten voor de tocht. Ze mocht hiervan niets verkopen. Bij haar overlijden moest alles gaan naar haar kinderen.
De secretaris Eustachius Vander Beken werd aangesteld als testamentuitvoerder. Hij kreeg 50 gulden om de zaken van de chirurgijn te behartigen. De voornaamste bekommernis was de afhandeling van zijn proces met de wufte Cornelia van Ysschot, die per se met de chirurgijn had willen trouwen.

Tekst

(f. 1) Jn den naem ons Heeren Amen. Condt ende kennelyck sy een Jegelyck by desen openbaeren Jnstrumente van testamente, dat op heden den derden January sesthien hondert tweentnegentich compareerde voor my Joan van Cantelbeeck als openbaer notaris by den Souúerynen Raede van Brabant geadmitteert t’Aerschot residerende, ende inde presentie vande getuygen naergenoempt, meester Peeter Danckaers meerderjaerigen jonckman ende surresyn (1) binnen dese stadt Aerschot, sieck synde naer den lichaeme, maer syne vyff sinnen, verstandt ende memorie allomme wel machtich synde ende gebruyckende, gelyck sulcx aen my notaris ende de ondergeschreúen getuygen claerelyck was blyckende, den welcken oúerdenckende der menschelycke nature brooshyt, datter niet seeckerder en is (2) dan de doodt, ende niet onseeckerder dan de vre der selúer (3), voor alleer daer van te worden verrast, heeft met rype deliberatie ende onbedwongen van jemant, soo hy verclaerde, gemaeckt, geordonneert, ende gesloten, maeckt, ordonneert ende sluyt dit syn tegenwoordich testament ende vuyttersten wille.
Jerst reúocerende (4) alle voorgaende testamenten oft testamentele dispositien by hem (5) voor desen eenichsints gemaeckt, begeert hy testateur dat dit syn testament sal stadt grypen ende effect sorteren by forme van testament, codicille, donatie jnter vivos vel causa mortis (6), contract (f. 1v) oft andersints, oock niettegenstaende alle solemniteyten van rechts wegen versocht hier inne niet en waeren geobserúeert (7), aende selúe, mitsgaeders aen alle coustumen ende municipaele wetten daeraen contrarierende, mits desen derogerende (8).
Jerst soo beúeelt hy testateur syne ziele, soo wanneer deselúe door den wille Godts sal comen te scheyden vuyt syn lichaem, aen haer schepper, aende Gebenedyde Maget ende Moeder Godts, ende alle hemelsche geselschap, ende syn doodt Lichaem ter gewyder aerde, kiesende syne sepulture (9) in onse Lieúe Vrouwe kercke binnen dese stadt, inden pant naer de zuytsyde aenden trap vanden predickstoel by het graff van wylen syne testateurs moedere, met begeerte dat ten daege synder begraeffenisse sal gesongen worden eene solemnele misse van requiem naer eysch van synen staet ende discretie van synen erffgenaem.
Jtem begeert hy testateur dat tot laeffenisse synder ziele, naer syne doodt, sullen worden gecelebreert ende gelesen hondert missen van requiem door de Eerweerdige Paters van Begarden, dewelcke voor jeder derselúe missen sullen genieten ses stuyúers.
Jtem maeckt ende legateert hy testateur aent conúent vande selúe Paters vande Begaerden (10) binnen dese stadt de somme van vierhondert guldens eens, op den last dat de Paters vant selúe conúent tot laeffenisse van syns testateurs (f. 2) ende syne ouders zielen sullen gehouden wesen jaerlycx te celebreren ende lesen viertich missen van requiem, ende dat ten eeuwigen daege, welcke gelegateerde somme hy tot vastichyt der selúe fondatie sullen moeten vuytsetten rentsgewyse, op vaste panden.
Jtem maeckt ende legateert aende kinderen van wylen meester Jan Danckaers synen broeder by den selúen achter gelaeten ende geprocreert vuytten lichaeme (11) van Anna vanden Broeck de somme van vyffentwintich guldens eens, dewelcke sullen geemploijeert worden (12) tot het coopen vant gene het noodichste is tot hun lichaem, deselúe daer mede vuyt syne voordere erffenisse secluderende (13).
Jtem laet ende maeckt aen Elisabeth struyúens syne susters dochter, daer vaeder af is herman struyúens by forme van prelegaet (14) seecker sijns testateurs huys ende hoff alhier gestaen inde neerstraet (15), regenoten de straet voor oost, d’erffgenamen paul Corts noort (16), ende francois Diricx zuyt (17), op den laste van de rente daerop staende ende chynsen daerop vuytgaende.
Jtem laet ende maeckt aen Jan struyúens jnsgelycx sone van syne suster ende vanden voorschreúen herman struyúens alle syns testateurs latynsche boecken raeckende de surresie (18), mitsgaeders alnoch eenen duytschen boeck synde den herbarius van Dodoneus (19), jngeúalle (f. 2v) den seluen Jan struyúens naermaels quamp te worden surresyn ofte Licentiaet inde medicynen, ende anderssints niet, ende wat belanght des testateurs andere resterende goederen soo haestelycke als erffelycke ofte daervoor gerekent, renten, actien, ende crediten, geene vuytgesondert nochte gereserúeert, tot wat plaetse deselúe mogen wesen, laet ende maeckt hy testateur alle de selúe aen Anna Danckaers syne voorschreúen suster deselúe noemende daerinne synen erffgenaem voor de tochte haer leúen gedurende, alleenelyck sulcx dat sy deselúe niet en sal mogen vercoopen, belasten, oft veralieneren (20), maer sullen deselúe jmmediatelyck naer haere doodt genoten ende geproffiteert worden by haere wettige kinderen alreede verweckt ende alnoch te verwecken, oock inden verstande dat de comptante penningen, die hy testateur sal comen achter te laeten, ende sullen oúerschieten boúen de voorschreúen legaten ende costen van seecker proces, waer van hier onder naerdere mentie sal worden gemaeckt, sullen moeten vuytgeset worden rentsgewyse, ofte geappliceert (21) tot het coopen van erffgoederen ofte renten tot behoeúe vande voorschreúen syne susters kinderen, ende accresceren aen henne hereditaire portie (22), deselúe daerinne noemende ende (f. 3) substituerende (23) vniversele erffgenaemen met vollen rechte van jnstitutie.
Jtem begeert hy testateur dat deselúe syne suster gehouden sal wesen, te onderhouden den voorschreúen Jan struyúens op de studie ten minsten tot in sintaxi oft poësi jnclus (24) op de costen vande voorschreúen achtergelaeten tochte, ende op dat syns testateurs wille te beter worde volbracht, soo verclaert den selúen gecosen te hebben, gelyck hy kiest mits desen als executeur van desen synen testamente sieur Eustachius Vander Beken secretaris deser stadt Aerschot, ende by desselfs doodt ofte eenige cranckhyt, die hem daertoe soude jncapabel maecken, den eerste Borgemeester deser stadt, den welcken alsdan sal wesen in officie vant selúe borgemeesterschap, ofte wel den genen die den selúen Vander Beken daertoe sal nomineren, biddende ende versueckende hy testateur deselúe respectiúelyck dat hy inde voorverhaelde occurrentien (25) den last gelieúen t’aenúeerden (26), met expresse begeerte dat den selúen executeur testamentair (27) naer syne testateurs doodt sal ten eynde verúolgen seecker proces hangende onbeslicht voor den heere Officiael van het Aertsbisdom van Mechelen, tusschen hem testateur ende Cornelia van Ysschot, jngeúalle t’selúe voor syne aflyúichyt (f. 3v) niet en is gevuideert (28), ende dat hy daertoe sal mogen emploijeren de gereetsche middelen ende penningen by hem testateur achter te laeten, op conditie ende last dat deselúe, mitsgaeders alle andere effecten synen sterffhuyse raeckende behoorelyck sullen worden geinventarieert, ende dat den selúen executeur van syne administratie sal gehouden wesen te doen reeckeninge ende bewys aen synen voorschreúen erffgenaem oft erffgenaemen, voor welcke administratie den selúen executeur sal genieten vuyt syne achter te laeten effecten de somme van vyftich guldens eens, verclaerende hy testateur t’gene voorschreúen is te wesen syn testament ende vuyttersten wille, met expresse begeerte dat het selúe in alle poincten sal worden achtervolcht sonder jemants contradictie, reserúerende nochtans hierinne altyt syn veranderen, aldus gedaen ende gepasseert ten woonhuyse des testateurs ter presentie vanden Eerweerdige Heere Claudius Jouret, Priester ende Canonick van Sinte Rombouts kercke binnen Mechelen, ende Sieur Jan de Preter schepene deser stadt Aerschot als getuygen hieroúer geroepen, ende gebeden, dewelcke, mede den testateur door my notaris afgevraecht synde oft sy conden schryúen, alle geantwoort Jae, ende waeren (f. 4) onderteeckent Petrus Danckers, Claudius Jouret, Jan de Preter, J. van Cantelbeeck notaris.
Concordantiam huius cum suo originali, Testor J. van Cantelbeeck Notaris.

Woordverklaring

1) Surresyn: chirurgijn, heelmeester.
(2) Niet seeckerder en is: dubbele ontkenning, te lezen als “niet … ‘n”. De betekenis is duidelijk: niets is zekerder dan de dood.
(3) Niet onseeckerder dan de vre der selúer: Niets is onzekerder dan het uur van de zelfde (dood).
(4) Reúocerende: revocerende = herroepende.
(5) By hem: door hem, vgl. nog Engels “by” als voorzetsel bij het handelend voorwerp.
(6) Donatie jnter vivos vel causa mortis: Schenking onder levenden of wegens sterfgeval.
(7) Geobserúeert: geobserveerd = waargenomen.
(8) Aen alle coustumen ende municipaele wetten daeraen contrarierende, mits desen derogerende: aan alle gewoonten en plaatselijke wetten in tegenspraak zijnde, deze ook te vernietigen.
(9) Syne sepulture: zijn graf, begrafenis.
(10) Aent conúent vande selúe Paters vande Begaerden: aan het convent, het klooster van de paters Bogaarden.
(11) Geprocreert vuytten lichaeme: lees geprocreëerd = verwekt uit het lichaam.
(12) Sullen geemploijeert worden: zullen besteed, aangewend, gebruikt worden.
(13) Secluderende: uitsluitende.
(14) By forme van prelegaet: in de vorm van een vooruitmaking.
(15) Neerstraet: de huidige Theo De Beckerstraat, van de Grote Markt naar de Hoogbrug. De chirurgijn woonde in nummer 12 (kadasternummer H 715), dit is het voorlaatste huis voor de J. Tielemansstraat (zie Technische fiche).
(16) D’erffgenamen paul Corts noort: woonden op H 714 of huisnummer 14, nu Standaard Boekhandel op de hoek van de Theo De Beckerstraat en de J. Tielemansstraat.
(17) francois Diricx zuyt: woonde ten zuiden van de Donderbus, op H 716 nu met huisnummer 10, voorheen de Kleine Zwaan genoemd. Het is nu de winkel Husqvarna van Goossens-Fredericx.
(18) Latynsche boecken raeckende de surresie: boeken in het Latijn over chirurgie of heelkunde.
(19) Eenen duytschen boeck synde den herbarius van Dodoneus: een boek in het Nederlands, namelijk het bekende kruidenboek (Cruydt-boeck) van Dodoens. Het boek verscheen in 1554, maar Danckaers bezat vrijwel zeker de laatste uitgave uit 1644.
(20) Veralieneren: vervreemden.
(21) Geappliceert: toegepast, aangewend.
(22) Accresceren aen henne hereditaire portie: aangroeien aan hun geërfd gedeelte.
(23) Substituerende: in de plaats stellende, vervangende.
(24) Tot in sintaxi oft poësi jnclus: tot in de syntaxis of poësis inbegrepen, dus tot het laatste jaar van de humaniora.
(25) Occurrentien: ontmoetingen.
(26) Den last gelieúen t’aenúeerden: de last gelieve te aanvaarden.
(27) Executeur testamentair: uitvoerder van het testament.
(28) Jngeúalle t’selúe voor syne aflyúichyt niet en is gevuideert: in het geval dat het proces voor zijn aflijvigheid niet opgelost is. Vuideren/vuyderen/videren (uit het Frans vider) betekent: beslechten, beslissen, uitwijzen, bijleggen, oplossen, enz.

Dr. Paul Kempeneers. Tienen, 9 maart 2008.