De stadsomheining van 1014

Na de slag bij Hoegaarden, de 10de oktober 1013, verloor de Luikse prelaat het graafschap Bruningerode. Tienen werd bij het graafschap Leuven ingelijfd en werd alzo de uithoek van het Leuvense gebied. De graaf liet deze speerpunt onmiddellijk met muren versterken. Met deze werken werd omstreeks 1014 begonnen. Zo ontstond de eerste omheining (1).

In 1770 werden, volgens stadssecretaris J.L. Wouters, de laatste resten van de eerste omheining afgebroken. Aan de hand van Wouters’ beschrijving, geciteerd door pastoor Fr. De Ridder (2), de hertogelijke cijnsboeken van Tienen (3) en mijn Historische Atlas van Tienen (4), was ik in staat om het tracé van de eerste omheining bij benadering te reconstrueren.

De door Wouters geciteerde eigenaars kon ik in 1987 niet lokaliseren. Aan de hand van de structuur van de cijnsboeken slaagde ik er in 1992 wel in, om de door Wouters aangeduide plaatsen te volgen (5). Al bij al blijft de oorspronkelijke loop van de stadsmuur een hypothese, die enkel de archeologen bij graafwerk kunnen bevestigen.

Vaste punten

Toch zijn een aantal punten met zekerheid aan te geven. Vooreerst kennen we tamelijk nauwkeurig de ligging van de oudste stadspoorten. Opvallend is wel dat deze poorten circa 35 meter meer stadinwaarts gelegen waren. Bijvoorbeeld. Tussen de (verdwenen) Mene achter het Stadhuis en de muur lag een vaag terrein waarop pas later werd gebouwd. Zo komt het dat men bij de bouw van het nieuwe stadhuis vlak achter de Mene geen stadsmuren vond.

Met de structuur van de cijnsboeken kon ik de nummers van de posten doortrekken naar het oudste cijnsboek. Op deze wijze slaagde ik erin om de meeste bewoners tot circa 1350 te lokaliseren. Een waar luizenwerk. Hierbij vond ik dat 2 stadspoorten voorheen verkeerd werden benoemd. De Lombardpoort aan het begin van de huidige Peperstraat verwijst naar de eerste golf van Lombarden die zich in Tienen hadden gevestigd. Ze woonden in de Grote en de Kleine Lombard op de Wolmarkt (de bekende Van Ranst-huizen). Een tweede golf vestigde zich later in de Bokstraat. Hierdoor veranderde de naam Bokstraat in Lombardstraat. De Peperpoort bevond zich tussen huis nummer 47 en de Christoffel in de Minderbroedersstraat. Oorspronkelijk strekte de Peperstraat zich immers uit tot aan het Torsinplein. Door de komst van de Minderbroeders veranderde een groot deel van de Peperstraat in Minderbroedersstraat. Enkel door de cijnsboeken te nummeren tot in de 14de eeuw kon ik de foutief geplaatste poorten corrigeren.

De Lombardpoort stond tussen de kindergoedwinkel Topolino en het reisbureau Tui in de huidige Peperstraat (6). Met zekerheid weten we ook dat resten van de muur in 1770 werden afgebroken in de tuin die toebehoorde aan de Tafel van de Heilige Geest, nu Van Lindt, Peperstraat nummer 15 (7).

De afstand tussen de twee poorten (op mijn kaart LP en PP) bedroeg circa 275 meter. Volgens Wouters stonden de laatste resten van de stadsmuur dichtbij de Mene. Deze beek liep, zoals bekend, achter het Stadhuis door. Resten van de Menebedding zijn nu nog te vinden in de tuin van kinderarts K. Brouckmans-Buttiens, Broekstraat 26. Het vermoedelijke tracé van aan de Lombardpoort doorheen de tuin van de Tafel is gebaseerd op de degelijke getuigenis van de stadssecretaris uit 1770. Voor het vervolg van de muur tekende ik een boog naar de Peperpoort. Een goed aanknopingspunt was het feit dat Gertrudis Gintaes in 1477 een huis bezat aan de oude vest in de Bergstraat (nu Oudekleerkopersstraat). Dit huis strekte zich uit tot tegen de Peperpoort. Het bedoelde huis heb ik gelokaliseerd op G 657 (8).

Besluit

In opdracht van schepen K. Partyka in 2005 tekende ik een plattegrond, gebaseerd op de recentste kadasterkaart met de Menegaard en omgeving. Om de lokalisering te vergemakkelijken heb ik in de omgeving van de 2 stadspoorten (LP en PP) de huisnummers aangebracht, soms uitgebreid met de namen van de winkelpanden (in 2005).

Voetnoten

(1) P. Kempeneers, Thuis in Thienen, deel 1, 1999, p. 3-8 (met gecorrigeerde Lombard- en Peperpoort), en Woordenboek van Tiense Plaatsnamen, 2013, p. 161 en 206.

(2) Fr. De Ridder, in: Hagelands Gedenkschriften, 1924, 3-4, p. 31-32.

(3) P. Kempeneers, Het oudste cijnsboek van Tienen circa 1350, Tienen, 2018, en Cijnsboek van de hertog van Brabant in Tienen, vernieuwd in 1699, Tienen, verbeterde en aangevulde uitgave, 2017.

(4) P. Kempeneers, Historische Atlas van Tienen. Tienen, 1992, bewerkt in één deel in 2020.

(5) P. Kempeneers, Structuur van de hertogelijke cijnsboeken van Tienen, onuitgegeven manuscript, 19 september 2005.

(6) Zie bijgevoegde plattegrond De stadsmuur van 1014.

(7) P. Kempeneers, Thuis in Thienen, deel 1, p. 419-422.

(8) Vergelijk met nummer G 657 op de Popp-kaart van Tienen rond 1860.