Goetsenhoven bezit een aantal merkwaardige boerderijen. Enkele zijn voorzien van een steen met inscripties. Om deze op te lossen is wat detective-werk nodig. Ik wil de lezers mijn bevindingen niet onthouden.

Op de hoek van Konijnenberg- en Gozewijnstraat staat een mooi gerestaureerd pachthof. In de gevels vinden we twee stenen. Bovenaan staat de afkorting IHS met een ingewerkt kruis. Dit is de verkorting (in het Grieks) van de naam IESUS. De naam Jezus diende om de inwoners van het pachthof te beschermen. Verder vertoont de eerste steen de afkorting I.F.C., en hieronder M.C.H., en ten slotte ANNO 1788. De eerste letters verwijzen naar de bouwer van het pachthof, de tweede reeks letters naar zijn echtgenote. Wie waren zij? Na enig speurwerk vond ik dat de letters I.F.C. verwijzen naar Ioannes Franciscus Courtois. Hij was de tweede met die naam. Hij was immers de zoon van Ioannes Franciscus Courtois (de eerste) en van Anna Maria Vranken. I.F. Courtois de tweede huwde met Maria Catharina Hussin, op de steen afgekort als M.C.H.

De bouwer van de eerste vleugel van het pachthof werd in 1759 geboren en overleed op 9 juli 1834, in de gezegende leeftijd van 75 jaar. De zoon van Courtois en Hussin kreeg nog eens dezelfde naam en is derhalve Ioannes Franciscus Courtois, de derde. Zijn naam staat afgekort op een tweede steen. Onder het kruis met de inscriptie IHS staan inderdaad de letters I.F.C. Volgens de steen was hij de echtgenoot van M.E.T. en bouwde hij een tweede vleugel in 1847. Wie was mevrouw M.E.T.?

Joannes Franciscus Courtois III werd geboren tijdens de Franse overheersing, op 3 frimaire van het jaar 5, dit is 23 november 1796. Hij overleed op 4 juni 1867 in de leeftijd van 70 jaar. IFC de derde was getrouwd met Maria Elisabeth Tomsin, afgekort M.E.T. Zij was de dochter van Mathieu Tomsin en Anne Marguerite Pint. Het echtpaar had een zoon: Charles Louis Courtois, geboren op 8 augustus 1835. Verder bleef het paar niet gespaard van ongelukken. De droge registers onthullen grote menselijke drama’s. We leren eruit dat het dochtertje Rosalie op 4-jarige leeftijd overleed. In 1845 werd een tweeling doodgeboren en in 1847 stierf hun zoon Theophile, één jaar oud.

Op de Konijnenberg nr. 63 staat een mooie hoeve te koop. Boven de inrijpoort vermeldt een steen het bouwjaar 1752. Hierboven bevindt zich een nis met de figuur van een krijger met rode mantel. Eertijds was het huis bekend als het pachthof van Finou(i)lst. Josephus Finouilst, 85 jaar oud, was een geboren Hoegaardier, en was de zoon van Nicolaus Finouilst en Margarita Verberen. Josephus was weduwnaar van Magdalena Vanhoebrouck en overleed op 24 februari 1832.

Nog niet zo lang geleden, liep er nog een voetpad van de huidige Sint-Rochusstraat naar de boerderij van Jozef Finoulst, bekend als het Finoulstpedeken.

Dr. P. Kempeneers