In de Stadsinfo, Grote Markt 4, woonde eertijds de chirurgijn Jan Karel Huart. (Zie mijn sprokkels 127- 128). In 1770 verscheen van hem in Mechelen het boek “Kort begryp der vroed-kunde als oock de konst bewerkinge der keyserlycke snee“. Hij deed dat als eerste in voortreffelijk Nederlands! Toch is de naam Huart in Tienen niet erg bekend.

Stadsinfo.jpg

Mogelijk wordt zijn naam gegeven aan de residentie die gebouwd werd tegenover het Gasthuis in de Houtemstraat. De oudst bekende eigenaar van het pand op de Grote Markt was rond 1450 Gerard Swallart. Deze bezat ook het huis ernaast, nu de apotheek van Tom Willems, Grote Markt 5. Beide huizen vormden één geheel, de Sint-Andries genoemd. Swallart betaalde aan de hertog een cijns van 1 denier. Hiervoor mocht hij “enen oestal setten opte strate“.

In Aarschot vond ik voor een oestalle als vertaling “un estable de foing”. Het was dus een stal die diende om het paard van een bezoeker onder te brengen.

In 1500 was het pand al gesplitst. Op 14 december 1714 kochten meester-chirurgijn Carolus Huart en zijn vrouw Agnes Martinij de latere “erfgoedsite” van de erfgenamen van wijlen meester Adriaen Lamael.

Carolus stierf in 1727 en liet 5 kinderen na. Bij de dood van zijn vader was Jan Karel 12 jaar.

In 1749 werd het huis gekocht door de buurman Patritius Loyaerts voor 1701 gulden. In feite deed hij dat voor zijn buur die in 1738 de toelating kreeg om deel te nemen aan het chirurgijnsexamen.

Al voor 1800 werd het huis een herberg, in 1910 bekend als Café de la belle vue. De stad kocht dit huis om te dienen als kantoor voor de ondercommissaris. Het bleef in gebruik tot in 1982. Daarna kwam hier de Stadsinfo.

Dr. P. Kempeneers.

Verschenen in de Publipers op woensdag 21 januari 2015.